Complexity
Deze gedachten zweven de laatste tijd weer in mijn hoofd, dus ik moet ze op papier zetten zodat ik rustig weer verder kan denken, zonder de stress hun pertinentie te vergeten. Aangewakkerd misschien, overigens, door een bijzonder en raar gesprek met een intrigerend personage die ik tegenkwam (of eigenlijk, die mij tegenkwam) terwijl ik aan het 'recoveren was' na mijn laatste scriptiegesprek. Deze man---die een bijzonder chaotisch gesprekspartner bleek te zijn---begon over de nonexistentie van een woord voor 'underbewustzijn' in het Nederlands, terwijl dit wel in het Engels zou bestaan; en toen ik om verheldering vroeg, begon hij te praten over 'triple bottom lines' in de economie (people, planet, profit). We besteedden nog een tijd in het warrige wereldje van wiskunde, filosofie, en zijn printerszaken in Australië, waarbij het duidelijk werd dat hij zich heel erg gehoord, of begrepen, voelde door mij---totdat het bleek dat deze man, inderdaad, een beetje van de rails was geslagen. Asperger-syndroom hebbende, en in de Nederlandse bureaucratie verzand, kon hij niet meer terug naar Australië, waar hij zei nog een vrouw en drie (inmiddels volwassen) kinderen te hebben. Zijn vrouw had hem nooit begrepen, en hij had er nooit voor haar of zijn kinderen kunnen zijn, vanwege zijn autisme. (De situatie die hij schetste, en waarna hij zijn huilen moest terugdringen, was dat hij niet op zijn vrouw kon focussen als ze hem iets toeriep door het huis terwijl de kraan aanstond---en, inderdaad kon hij ook niet zo goed dealen met de tijdens ons gesprek regelmatig voorbijrijdende auto's.) Het gesprek ging van wild geinteresseerd, naar awkward, naar heel verdrietig, en toen alles gezegd was, zij hij kort gedag, en liep weer verder. Het moet ook gezegd worden dat hij mij op een moment, na een overdenking van mij over waarheid en patroonherkenning (en sanity), een A4 toestopte met zijn begrip van de wereld, in kaart gebracht. Een waar kunstwerk, waarin zijn conceptuele ruimte inderdaad visueel was gerangschikt, een soort mix tussen een baby-boomer / new-age spiritualiteitsschema, een spiekbriefje voor een cursus economie, en een schattige paint-tekening. Er waren honingraten, die de 'managers' e.d. voorstelden, wilde lijnen die hemzelf voorstelden, ik weet niet meer precies wat, maar iets wat zijn vrouw voorstelde, kleurenpatronen, grids gevuld met jargon. Biede zijden waren overigens gebruikt.
Goed, genoeg over deze ontmoeting. De clue is dat, iig het eerste deel van het gesprek, me inderdaad filosofisch prikkelde, al was het maar omdat ik probeerde mijn wetenschaps-filosofische 'standaardvisie' aan hem uit te leggen op een bepaald moment, en dus weer werd gegrepen door de vraag of dit een coherent / uitlegbaar iets is---of slechts een ongeordend, niet tot één coherent perspectief te smeden geheel. Dus, hierbij, niet zozeer dit coherent verhaal, maar een herinngering aan mijzelf dat ik deze visie eens wat in mijn hoofd moet structureren. Anders verwordt het tot een idiosyncratische illusie van coherente waarheid, waar ik mijn wereldvisie aan ontleen, maar wat ongemeten en ongetest blijft, en dus ook niet vatbaar voor verbetering of überhaupt aanpassing.
(1) Een centrale claim is dat, wetenschapsfilosofisch gesproken, datgene waarnaar gestreven wordt, de korste beschrijving is dat zoveel mogelijk van onze waarnemingen verklaart. Dus, het standaard logisch positivistisch verhaal, Occam's razor, maar dan met een belangrijke scheut Kolmogorov-complexiteit en computability (als vrijwel absoluut / natuurwetmatigdheden zijnde).
(2) Intersubjectiviteit is een groot probleem, zowel in 'absoluut filosofische zin' als in meer pragmatische termen (zie het vorige bericht). Reciprocaliteit lijkt een van de enige vluchtroutes te zijn, hiertoe ben ik sterk geleid sinds Wolfgang. Los van het feit dat je paradoxen nooit kunt ontwijken, is in een zeer sterke, zij het dan 'buitenstaanders-' descriptieve, of anders pragmatische, of anders poetische zin, reciprocaliteit een 'garantie' van het er zijn van anderen. ('Liefde als de kracht die je naar buiten trekt, opdat je niet de natuurlijke drang volgt naar binnen te keren in een gesloten, apatische, solipsistische wereld.'; 'De beste garantie die je kunt vinden dat er anderen zijn, die wellicht van je houden, is dat/wanneer mensen blijven verbazen, en verfrissend en onbegrepen blijven.')
(3) De wereld is geen sociaal construct (althans, wetenschapsfilosofisch gesproken, want natuurlijk kan de sociale realiteit grotendeels wel degelijk goed beschreven worden in deze termen). Deze claim vindt grond in de realisatie dat het verdomd moeilijk is om te begrijepn waar logica, berekenbaarheid, e.d. vandaan komen, terwijl het alternatief een heel duidelijk en aannemelijk antwoord biedt: we hebben ze slechts gevonden, in de natuur / realiteit. Evolutie heeft ons gevormd als datgene dat, de structuren van de werkelijkheid nabootsend, zich daarin heeft kunnen verankeren; en dit betekent dat wij, Kantiaans, de categorieën van de wereld herkennen. (Althans, datgene waarin verankerd kan worden, wat, met het oog op paradox vanuit eeuwige regressie, dan ook het enige is 'wat er is'.)
(4) Er is geen bevredigende manier om een 'realisme' te postuleren zoals dat in item (3) verlangd wordt uit descriptieve effectiviteit. Ik ben eigenlijk juist wél geneigd tot, of anders in ieder geval geintrigeerd door, een volledig intersubjectieve werkelijkheid. Als is het maar om mijn interesse in Habermas, wiens theorie op geheel andere descriptieve grondredenen staat, maar welke ik toch graag heel serieus neem en uit wil breiden. Het uitgangspunt is dan: de werkelijkheid is niet een materialistisch realisme, maar ontleent zich aan een precair intersubjectief verschijnself, en hangt samen met de betekenisvraag. Opgemerkt moet dus worden dat het dus níét zo is dat betekenis zich stoelt in subjectiviteit, maar de subjectiviteit voortvloeit uit het probleem van intersubjectiviteit en de betekenisvraag.
(5) Nu komt het cruciale onderdeel, waarvan ik mezelf heb overtuigd op mij laatste puberkamp (op een verdrietige avond), en wat al het voorgaande wellich tot een staat van non-contradictie, misschien zelfs coherentie, kan smeden Het 'atomaire' van het realisme dat is nu postuleer, is niet de materie, of, zeg een mens of monad of whatever, maar het reciprocale fenomeen van d intersubjectiviteits-probleemstelling; dit zijnde hetgene waarachter gee paradox-vermijdende verklaring kan liggen, en dus 'atomair'. Deze reciprocal basis zal makkelijk als een basis voor Habermas' theorie kunnen dienen. He interessante fenomeen, dat zich nu echter voordoet, is dat we een grond vinde voor de 'natuur', als datgene wat onveranderlijk en objectief is, op reciprocal basis: een onveranderlijke gesprekspartner (if you will).
(En hier strandt het dan een beetje; het is maar de vraag wat er nu beschreven is, en waarmee, en waartoe, en hoe het überhaupt precies in elkaar zit dan.)